IVN Vecht & Plassengebied - Kennis der Natuur
Excursies | Vogels | Vleermuizen | Natuurgebieden | Groencursus | Natuurgidsencursus | Organisatie | IVN Vecht & Plassengebied
Fotoboek | Natuurkrant | Vogelreis Falsterbo | Waterkwaliteit | Virtuele excursie Gunterstein | Poelenwerkgroep het Gooi
Klik op de foto voor een groter exemplaar
Geluid: © ETI BioInformatics, SoortenBank.nl Herkenning: L 31 cm. Men zou bijna zeggen de clown onder de zeevogels. Zijn uiterlijk is natuurlijk de oorzaak van zijn grote bekendheid en populariteit en niet alleen onder de vogelaars. De belangrijkste oorzaken van die bekendheid zijn de vorm en de kleur van zijn snavel. Zijn zwartwitte kleed is vooral onder de zeevogels niets bijzonders. De vorm van zijn lichaam daarentegen weer wel, maar de vorm en de kleur van zijn snavel zijn blikvangers en ook in de vogelwereld toch wel bijzonder. Erg hoog, slank en driehoekig van vorm en zomers en speciaal in het voorjaar met schitterende rode, gele en blauwe strepen. Een niet alleen opvallend maar ook efficieënt instrument om Zandspieringen mee te vangen en vast te houden, waarvan hij als hij jongen heeft er soms wel zes tot zestig tegelijk in de snavel heeft, hetgeen een erg koddig gezicht is. In de winter is de snavelkleur veel minder opvallend en helder en dan heeft de snavel ook een wat andere vorm, veel minder hoog. Verspreidingsgebied: Om de Papegaaiduiker in zijn broedgebieden op te zoeken moeten wij naar de rotskusten van Noorwegen, Engeland, Ierland, Schotland, Frankrijk, IJsland, Spitsbergen, Nova-Zembla en Groenland. Daar broedt de Papegaaiduiker in grote kolonies van duizenden paren. Nog niet zo lang geleden werd de gehele populatie op vijftien miljoen paren geschat. Nestbouw:De Papegaaiduiker is geen broedvogels van rotsen doch graaft broedgangen van één tot twee meter lengte in de veenachtige bodem van grazige en met steen- en rotsblokken bezaaide, zwak glooiende hellingen bij open zee. Komt in Nederland voor als: Onregelmatige gast. Overwinteren doet de Papegaaiduiker op volle zee en de vogels van de Oost-Engelse kolonies verspreiden zich gewoonlijk over de Noordzee en verschijnen dan ook nog wel eens langs de kust van Nederland en België.
© ETI BioInformatics, SoortenBank.nl
Herkenning: L 31 cm. Men zou bijna zeggen de clown onder de zeevogels. Zijn uiterlijk is natuurlijk de oorzaak van zijn grote bekendheid en populariteit en niet alleen onder de vogelaars. De belangrijkste oorzaken van die bekendheid zijn de vorm en de kleur van zijn snavel. Zijn zwartwitte kleed is vooral onder de zeevogels niets bijzonders. De vorm van zijn lichaam daarentegen weer wel, maar de vorm en de kleur van zijn snavel zijn blikvangers en ook in de vogelwereld toch wel bijzonder. Erg hoog, slank en driehoekig van vorm en zomers en speciaal in het voorjaar met schitterende rode, gele en blauwe strepen. Een niet alleen opvallend maar ook efficieënt instrument om Zandspieringen mee te vangen en vast te houden, waarvan hij als hij jongen heeft er soms wel zes tot zestig tegelijk in de snavel heeft, hetgeen een erg koddig gezicht is. In de winter is de snavelkleur veel minder opvallend en helder en dan heeft de snavel ook een wat andere vorm, veel minder hoog.
Verspreidingsgebied: Om de Papegaaiduiker in zijn broedgebieden op te zoeken moeten wij naar de rotskusten van Noorwegen, Engeland, Ierland, Schotland, Frankrijk, IJsland, Spitsbergen, Nova-Zembla en Groenland. Daar broedt de Papegaaiduiker in grote kolonies van duizenden paren. Nog niet zo lang geleden werd de gehele populatie op vijftien miljoen paren geschat.
Nestbouw:De Papegaaiduiker is geen broedvogels van rotsen doch graaft broedgangen van één tot twee meter lengte in de veenachtige bodem van grazige en met steen- en rotsblokken bezaaide, zwak glooiende hellingen bij open zee.
Komt in Nederland voor als: Onregelmatige gast. Overwinteren doet de Papegaaiduiker op volle zee en de vogels van de Oost-Engelse kolonies verspreiden zich gewoonlijk over de Noordzee en verschijnen dan ook nog wel eens langs de kust van Nederland en België.