IVN Vecht & Plassengebied - Kennis der Natuur



Excursies | Vogels | Vleermuizen | Natuurgebieden | Groencursus | Natuurgidsencursus | Organisatie | IVN Vecht & Plassengebied

Fotoboek | Natuurkrant | Vogelreis Falsterbo | Waterkwaliteit | Virtuele excursie Gunterstein | Poelenwerkgroep het Gooi


Bonte Strandloper (Calidris alpina)

Bonte Strandloper (Calidris alpina)
Klik op de foto voor een groter exemplaar


 

Geluid:

© ETI BioInformatics, SoortenBank.nl

Herkenning: L 18 cm. Iets kleiner dan de Drieteenstrandloper. Het variabele kleed en grootte levert vogelwaarnemers soms wel eens problemen. De Franse naam 'Bécasseau variable' duidt hier ook al op.

Verspreidingsgebied: Ze broeden vrijwel in alle gebieden rondom de Noordpool

Komt in Nederland voor als: Zeer zeldzame broedvogel, talrijke doortrekker, wintergast en zomergast. In de 19de eeuw was het in ons land een zeldzame broedvogel. Na de afsluiting van de Zuiderzee en de geleidelijke verzoeting van het IJsselmeer nam het aantal broedgevallen jaarlijks af tot tegenwoordig nul tot vijf broedparen, maar ons land ligt dan ook in het uiterste zuiden van het broedgebied.

Bedreigd of niet? Tegenwoordig rijst vaak de vraag of de enorme troepen vogels op de wadgebieden wel genoeg voedsel kunnen vinden om een zodanige vetreserve op te kunnen bouwen om verder te kunnen trekken naar de overwinteringsgebieden, respectievelijk broedgebieden. Overwintering vindt in kleinere aantallen bij ons ook plaats en het is de vraag of dit altijd wel vrijwillig is of noodgedwongen. De Bonte Strandloper komt voor op de Rode Lijst vanwege het feit dat de afgelopen 10 jaar niet meer in Nederland regelmatig broed.

Aantal in Nederland: De Bonte Strandloper kan in enorme aantallen in Nederland voorkomen. In de Waddenzee en in de Delta komen tot enige honderduizenden Bonte Strandlopers voor. In het najaar en in het voorjaar zijn in verhouding geringe aantallen van de ondersoorten schinzii en arctica aanwezig. De talrijkste ondersoort is alpina en dat is de enige die ook in Nederland overwintert. Veel trekken door tot in West-Afrika.

In de jaren tachtig werd onder meer het broeden vastgesteld in het Lauwersmeer en op Griend. De hoogste aantallen worden gezien tussen maart en april en augustus en november.

Tot het einde van de 19e eeuw broedde de bonte strandloper veel vaker in Nederland; toentertijd was er meer geschikt broedgebied dan nu het geval is. De Deltawerken zijn er waarschijnlijk de oorzaak van dat de aantallen bonte strandlopers in de Delta sinds de voltooiing ervan sterk zijn afgenomen.

Verspreiding in Nederland in de winter: Bij hoog en laag water worden boven de Waddenzee vaak enorme zwermen in de lucht waargenomen als ze van de hoogwatervluchtplaatsen heen en weer naar de voedselgebieden trekken. Ze kunnen het hele jaar in Nederland worden gezien, ook in het binnenland, maar daar wel in klein aantal.

 

http://www.sovon.nl/soorten.asp?euring=5120

Zie ook http://waarneming.nl/soort.php?id=68&wno_datum_van=&wno_datum_tm=&tab=kaart

Verspreiding in Europa:

© ETI BioInformatics, SoortenBank.nl

http://www.vogelbescherming.nl/